Besox

Welk voordeel alle aard bij split billing?

10 april 2018

Wanneer een werkgever een gsm of smartphone – al dan niet met internetaansluiting of telefoonabonnement – gratis ter beschikking stelt aan een werknemer en deze ook voor privédoeleinden mag gebruikt worden, ontstaat er een voordeel in natura. Een voordeel in natura is een vorm van loon waar belastingen en sociale zekerheidsbijdragen op verschuldigd zijn.

Voor de waardering van dit voordeel hanteren zowel de RSZ als de fiscus sinds 1 januari 2018 de volgende forfaits:

 

Voordeel Maandelijks forfait vanaf 1 januari 2018
Gsm of smartphone € 3 (per toestel)
Telefoonabonnement € 4
Internetaansluiting € 5 (éénmaal)

 

Wanneer een werknemer dus een gsm of smartphone met abonnement en met mogelijkheid om op internet te gaan ter beschikking krijgt van de werkgever en hij deze ook privé mag gebruiken, zullen de volgende voordelen in natura aangerekend worden: gsm of smartphone (€ 3), telefoonabonnement (€ 4) en internetabonnement (€ 5).

Het is echter ook mogelijk dat de werknemer dit voordeel ter beschikking krijgt van zijn werkgever, maar de kosten verbonden aan het privégebruik zelf ten laste neemt. De zogenaamde split-billing regeling. In dit geval is het logisch dat er geen voordeel meer is voor het gebruik van het telefoonabonnement en de internetaansluiting. De werknemer betaalt dit immers zelf.

Maar de vraag stelde zich of er wel nog een voordeel is voor het gebruik van de gsm of smartphone die de werknemer ter beschikking krijgt van zijn werkgever. De Minister van Financiën antwoordde hier naar aanleiding van een parlementaire vraag onlangs verrassend op dat er in deze situatie ook geen belastbaar voordeel meer is voor het gebruik van het toestel. Voorwaarde is wel dat het geschatte grensbedrag van professioneel gebruik, namelijk het bedrag waarboven elk gebruik geacht wordt privégebruik te zijn, vastgesteld is overeenkomstig ernstige normen en criteria.

Dit is het standpunt van de fiscus. Het standpunt van de RSZ valt nog af te wachten.

Bron: Integraal verslag van de Commissie voor de Financiën en de Begroting van 6 februari 2018 – CRIV 54 COM 812.