Besox

Verplichte Dimona-aangifte voor de werknemers ‘artikel 17’

23 januari 2017

‘Artikel 17’ stelt bepaalde werkgevers vrij van betaling van sociale bijdragen voor specifieke werknemers.

Om van deze bijdragevrijstelling te kunnen genieten, mag de betrokken werknemer niet meer dan 25 arbeidsdagen per jaar via artikel 17 tewerkgesteld worden bij één of meer werkgevers.

De vrijstelling geldt in de socio-culturele sector o.a. voor:

  • de personen die bij vzw’s of verenigingen met een sociaal oogmerk tewerkgesteld worden als beheerder, monitor of bewaker voor vakantiekolonies, speelpleinen of sportkampen tijdens de schoolvakanties;
  • de personen die door erkende organisaties die socio-culturele opleiding of sportinitiatie geven, tewerkgesteld worden als animator, leider of monitor buiten de werk- of schooluren of tijdens de schoolvakanties;
  • de animatoren van socio-culturele en sportactiviteiten in scholen tijdens de vrije dagen, of delen ervan, in het onderwijs;
  • de organisatoren van sportieve manifestaties en de personen die ze uitsluitend op de dag van de manifestatie tewerkstellen.

Vóór 1 januari 2017 moest de tewerkstelling verplicht op voorhand aangegeven worden bij de Directie-generaal Sociale Inspectie van de FOD Sociale Zekerheid.

Sinds 1 januari 2017 is deze specifieke aangifte vervangen door een verplichte Dimona-aangifte. De werkgever moet deze Dimona-aangifte doen voor elke dag waarop hij een ‘artikel 17’-werknemer tewerkstelt en dit via het nieuwe Dimona werknemerstype A17.

In de DmfA werd niets gewijzigd; de betrokken werknemers moeten niet worden aangegeven in de DmfA.

 

Bron: Wet dd. 20 december 2016 houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken (1), Hfdst. 7 wijziging van het K.B. van 5 november 2002 tot invoering van een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, met toepassing van artikel 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, B.S. 29 december 2016.