Besox

Verhoging van de werkgeversbijdrage maaltijdcheques mogelijk vanaf 1/1/2016

12 juni 2015

De loonnormwet van 28 april 2015 voorziet voor het jaar 2015 0% loonstijging en voor 2016 een mogelijke loonstijging van 0,5% van de brutoloonmassa (alle lasten inbegrepen) en 0,3% van de loonmassa in netto zonder bijkomende kosten voor de werkgever.

In 2016 is dus een kleine koopkrachtverhoging mogelijk. De sociale partners, met uitzondering van het ABVV, stelden voor om dit te realiseren door middel van een verhoging van de werkgeversbijdrage in de maaltijdcheques.

Daarom wordt de maximale werkgeversbijdrage per maaltijdcheque vanaf 1 januari 2016 verhoogd van 5,91 euro naar 6,91 euro. De minimale werknemersbijdrage wijzigt niet en blijft 1,09 euro per cheque. Dit betekent dat vanaf 1 januari 2016 aan de werknemers maaltijdcheques van maximum 8 euro kunnen gegeven worden.

De regering zal ook het fiscale luik aanpakken: in een wetsontwerp wordt voorzien dat de als beroepskost aftrekbare werkgeverstussenkomst wordt verhoogd van 1 naar 2 euro. Deze tekst moet evenwel nog gepubliceerd worden.

Wij wijzen u er nogmaals op dat de papieren maaltijdcheques vanaf 1 januari 2016 volledig verdwijnen! Papieren maaltijdcheques worden maar tot 30 september 2015 uitgereikt. Zij blijven geldig tot 31 december 2015.

Vanaf 1 oktober 2015 kan u alleen nog elektronische maaltijdcheques toekennen aan uw werknemers. Opdat de elektronische maaltijdcheques niet als loon worden beschouwd, moeten ze cumulatief aan alle volgende voorwaarden voldoen:

  1. De toekenning moet vervat zijn in een CAO op sectoraal vlak of op ondernemingsvlak. Indien een dergelijke overeenkomst niet kan worden gesloten bij gebrek aan een syndicale delegatie of indien het om een personeelscategorie gaat waarvoor het niet de gewoonte is dat er zulke overeenkomst wordt gesloten, dan mag de toekenning geregeld worden door een individuele overeenkomst;
  2. Het aantal toegekende maaltijdcheques moet gelijk zijn aan het aantal werkelijke arbeidsdagen van de werknemer. Onder bepaalde voorwaarden kan een werkgever opteren voor een alternatieve telling van het aantal dagen waarvoor een maaltijdcheque moet worden toegekend;
  3. De maaltijdcheque wordt op naam van de werknemer afgeleverd. Deze voorwaarde wordt geacht vervuld te zijn als de toekenning ervan en de daarop betrekking hebbende gegevens voorkomen op de individuele rekening van de werknemer, overeenkomstig de reglementering betreffende het bijhouden van sociale documenten;
  4. De elektronische maaltijdcheque heeft een geldigheidsduur van 12 maanden en mag enkel gebruikt worden ter betaling van een eetmaal of voor de aankoop van verbruiksklare voeding;
  5. De tussenkomst van de werkgever in het bedrag van de maaltijdcheque mag max. 5,91 euro per maaltijdcheque bedragen (vanaf 1/1/2016: 6,91 euro). De tussenkomst van de werknemer bedraagt tenminste 1,09 euro per maaltijdcheque;
  6. Het aantal elektronische maaltijdcheques en het brutobedrag ervan, verminderd met het persoonlijk aandeel van de werknemer, moeten vermeld worden op de loonfiche;
  7. Vóór het gebruik van de elektronische maaltijdcheques kan de werknemer het saldo en de geldigheidsduur nagaan van de maaltijdcheques die hem werden toegekend en die nog niet gebruikt werden;
  8. De elektronische maaltijdcheques kunnen enkel ter beschikking worden gesteld door een erkend uitgever;
  9. Het gebruik van elektronische maaltijdcheques mag geen kosten voor de werknemer teweegbrengen, behalve in geval van diefstal of verlies onder de voorwaarden vast te leggen bij CAO op sectoraal vlak of ondernemingsvlak, of in het arbeidsreglement wanneer de toekenning van de elektronische maaltijdcheques geregeld is door een individuele schriftelijke overeenkomst. De kost mag de nominale waarde van één maaltijdcheque niet overschrijden.

Indien u nog niet bent overgeschakeld op de elektronische maaltijdcheques, neemt u best contact op met uw uitgiftemaatschappij.

Bron: K.B. van 26 mei 2015 tot wijziging van het K.B. van 29 juni 2014 tot wijziging van artikel 19bis van het K.B. van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, B.S. 8 juni 2015.