Besox

Mini-taxshift: vrijstelling doorstorting bedrijfsvoorheffing werken in onroerende staat – naleving RSZ-werfmelding

18 april 2022

Werkgevers die werken in onroerende staat uitvoeren in de zin van de BTW-wetgeving, kunnen onder bepaalde voorwaarden genieten van een gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing.

Deze maatregel kan van toepassing zijn op werkgevers uit de bouwsector, maar ook werkgevers uit aanverwante sectoren (bijvoorbeeld metaal, hout en stoffering, schoonmaak, tuinaanleg, landschapsverzorging, elektriciens, …) waarvan de werknemers ploegenarbeid uitvoeren op werven kunnen hiervoor in aanmerking komen.

Welke voorwaarden moeten worden vervuld?

1. Werven

Het werk moet ‘op locatie’ worden uitgevoerd.

2. In ploegen

Het werk moet worden verricht in één of meer ploegen van minstens twee personen. De ploegen moeten hetzelfde of complementair werk uitvoeren, zowel qua inhoud als qua omvang.

3. 1/3de norm

De vrijstelling kan alleen worden toegepast indien de werknemers in de betrokken maand minstens 1/3devan hun arbeidstijd in ploegen hebben gewerkt.

4. Minimumloon

Deze vrijstelling zal maar kunnen worden toegepast op de bedrijfsvoorheffing ingehouden op het loon van de werknemer voor zover het gaat over een bruto-uurloon van minstens € 14,61. Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd.

De werkgever moet geen ploegenpremie betalen. Anderzijds komt een werknemer die wel een ploegenpremie ontvangt, maar geen uurloon van € 14,61 heeft, niet in aanmerking voor de vrijstelling.

5. RSZ-werfmelding (NIEUW)

Sedert 1 april 2022 geldt, in navolging van de mini-taxshift, een bijkomende voorwaarde om deze vrijstelling te kunnen genieten. De vrijstelling wordt gekoppeld aan de naleving van de RSZ-werfmelding/aangifte van werken. U dient enkel aan deze bijkomende voorwaarde te voldoen, indien u verplicht bent tot de RSZ-werfmelding o.b.v. art. 30 bis of 30 ter van de wet van 27 juni 1969.

Voor de werken in onroerende staat moet u aangifte doen van:

  • elke overeenkomst “opdrachtgever – aannemer die aangifte doet” vanaf € 5.000 (zonder btw) met minstens 1 onderaannemer; of
  • elke overeenkomst “opdrachtgever – aannemer die aangifte doet” vanaf € 30.000 (zonder btw) met of zonder onderaannemer.

Ook werken die gevaarlijk zijn door de aanwezigheid van asbest moet u vermelden in de aangifte 30bis.

De aangifte moet gebeuren door de aannemer op wie de opdrachtgever een beroep heeft gedaan.

De aangifte wordt gedaan vóór het begin van de werken. Wanneer er asbest aanwezig is, moet de aangifte ten laatste 14 dagen vóór het begin van de werken gebeuren. U moet een nieuwe aangifte doen, zodra er belangrijke veranderingen plaatsvinden betreffende de werkwijze.

Meer informatie over deze RSZ-werfmelding kan u terugvinden op de website van de RSZ.

Hoeveel bedraagt het voordeel?

De vrijstelling bedraagt 18% van het totaal van de belastbare bezoldigingen van alle betrokken werknemers samen.

Bron: Wet van 28 maart 2022 houdende verlaging van lasten op arbeid, BS 31 maart 2022 en www.socialsecurity.be.