Geldboetes worden fors duurder!
Indien u een sociaalrechtelijke inbreuk begaat, kan u – afhankelijk van de zwaarte van de inbreuk – gestraft worden met een gevangenisstraf en/of een strafrechtelijke geldboete.
Indien de Arbeidsauditeur beslist om geen strafvervolging in te stellen, kan eventueel nog een administratieve geldboete worden opgelegd.
Het merendeel van de bedragen van de geldboetes voor sociaalrechtelijke misdrijven zijn opgenomen in het Sociaal Strafwetboek. Er zijn vier sanctieniveaus:
- niveau 1: een administratieve geldboete van € 10 tot € 100;
- niveau 2: een strafrechtelijke geldboete van € 50 tot € 500 of een administratieve geldboete van € 25 tot € 250;
- niveau 3: een strafrechtelijke geldboete van € 100 tot € 1.000 of een administratieve geldboete van € 50 tot € 500;
- niveau 4: een gevangenisstraf van 6 maanden tot 3 jaar en/of een strafrechtelijke geldboete van € 600 tot € 6.000 of een administratieve geldboete van € 300 tot € 3.000.
Het bedrag van deze geldboetes (zowel de strafrechtelijke als de administratieve) moet vermenigvuldigd worden met de wettelijke opdeciemen.
Op 1 januari 2017 werden de opdeciemen verhoogd van 50 naar 70. Concreet betekent dit dat de bovenstaande bedragen vermenigvuldigd moeten worden met factor 8 in plaats van 6.
Een sterke stijging van de geldboetes dus! Tot eind vorig jaar bedroeg de strafrechtelijke geldboete voor bv. een tewerkstelling van een werknemer zonder Dimona-aangifte (niveau 4) € 3.600 tot € 36.000. Sinds 1 januari 2017 is dit € 4.800 tot € 48.000!
Bron: Programmawet (I) van 25 december 2016, B.S. 29 december 2016.