Besox

Denk tijdig aan de ontslagmotivering!

25 mei 2018

In 2014 werd in de Nationale Arbeidsraad een collectieve arbeidsovereenkomst nr. 109 betreffende de motivering van het ontslag gesloten. Deze cao voorziet enerzijds een recht voor de werknemer om de concrete ontslagredenen te kennen. Anderzijds voorziet de cao ook het recht op een schadevergoeding voor de werknemer indien het ontslag kennelijk onredelijk blijkt te zijn.

De cao geldt in principe bij elk ontslag door de werkgever, al zijn er wel enkele uitzonderingen.

Zo is de regeling van de ontslagmotivering van cao nr. 109 niet van toepassing:

  • bij een ontslag tijdens de eerste 6 maanden van de tewerkstelling;
  • tijdens een arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid;
  • tijdens een arbeidsovereenkomst voor studentenarbeid;
  • bij een ontslag met het oog op SWT;
  • bij een ontslag met het oog op pensionering;
  • bij een ontslag wegens de definitieve stopzetting van de activiteit of wegens de sluiting van de onderneming;
  • in geval van een collectief ontslag.

1.Verplichting om het ontslag te motiveren

De werknemer die ontslagen wordt, heeft het recht om van zijn werkgever de concrete redenen te kennen die aanleiding hebben gegeven tot het ontslag door de werkgever.

Als de werknemer meer uitleg over de ontslagredenen wenst, dan moet de werknemer hiervoor per aangetekende brief een verzoek aan de werkgever richten.

Bij een verbreking van de arbeidsovereenkomst moet dit verzoek gebeuren binnen een termijn van 2 maanden nadat de arbeidsovereenkomst een einde heeft genomen.

Wanneer de arbeidsovereenkomst daarentegen door de werkgever wordt beëindigd met inachtneming van een opzeggingstermijn, moet dit verzoek gebeuren binnen een termijn van 6 maanden na de betekening van de opzegging door de werkgever, zonder echter een termijn van 2 maanden na het einde van de arbeidsovereenkomst te overschrijden.

De werkgever heeft na de ontvangst van de aangetekende brief met het verzoek van de werknemer 2 maanden de tijd om de concrete ontslagredenen aan de werknemer mee te delen. De termijn van 2 maanden begint te lopen op de derde werkdag na de datum van de verzending van het verzoek van de werknemer.

Het aangetekend schrijven van de werkgever moet de elementen bevatten die de werknemer toelaat om de concrete redenen die tot zijn ontslag hebben geleid te kennen.

Wanneer de werkgever niet of niet tijdig ingaat op het verzoek van de werknemer om een ontslagmotivering te krijgen, dan is de werkgever een forfaitaire boete van 2 weken loon verschuldigd aan de werknemer.

Deze boete is cumuleerbaar met de vergoeding verschuldigd op basis van een kennelijk onredelijk ontslag.

  1. Kennelijk onredelijk ontslag

Een kennelijk onredelijk ontslag is een ontslag van een werknemer die aangeworven is voor onbepaalde tijd dat gebaseerd is op redenen:

  • die geen verband houden met de geschiktheid of het gedrag van de werknemer;
  • die niet berusten op de noodwendigheden inzake de werking van de onderneming, de instelling of de dienst;
  • en waartoe nooit beslist zou zijn door een normale en redelijke werkgever.

In geval van een kennelijk onredelijk ontslag is de werkgever aan de werknemer een schadevergoeding verschuldigd die overeenstemt met minimum 3 weken loon en maximaal 17 weken loon. De effectieve hoogte van de schadevergoeding zal door de rechtbank vastgelegd worden rekening houdende met de gradatie van de kennelijke onredelijkheid van het ontslag.

De schadevergoeding is niet cumuleerbaar met enige andere vergoeding die verschuldigd is door de werkgever naar aanleiding van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, met uitzondering van een verbrekingsvergoeding, een niet-concurrentievergoeding, een uitwinningsvergoeding of een aanvullende vergoeding die bovenop de sociale uitkeringen wordt betaald.

Wanneer er achteraf een betwisting ontstaat over de ontslagreden, dan wordt de bewijslast tussen de werkgever en de werknemer als volgt geregeld:

  • indien de werkgever de redenen van het ontslag heeft meegedeeld met inachtneming van de voorziene procedures, draagt de partij die iets aanvoert daarvan de bewijslast;
  • de werkgever moet het bewijs leveren van de voor het ontslag ingeroepen redenen die hij niet aan de werknemer heeft meegedeeld met inachtneming van de voorziene procedures en die aantonen dat het ontslag niet kennelijk onredelijk is;
  • het behoort aan de werknemer om het bewijs te leveren van elementen die wijzen op de kennelijke onredelijkheid van het ontslag wanneer hij geen verzoek heeft ingediend om de redenen van zijn ontslag te kennen.

Bij een ontslag om dringende reden kan de werknemer enkel een schadevergoeding eisen indien het gaat om een kennelijk onredelijk ontslag. De te volgen procedure bij een ontslag om dringende reden voorziet immers reeds dat er binnen de 3 werkdagen na het ontslag kennis gegeven moet worden van de concrete feiten.

Uit de praktijk blijkt dat steeds meer ontslagen werknemers ook effectief een verzoek bij hun voormalige werkgever indienen om de ontslagredenen te kennen. Het is dus van belang dat u als werkgever op voorhand even stilstaat bij de ontslagredenen en zorgt voor een ontslagmotivering. Op die manier kan u hopelijk een vordering wegens kennelijk onredelijk ontslag en de bijhorende schadevergoeding vermijden.

Bron: www.nar.be, cao nr. 109 betreffende de motivering van het ontslag.