Besox

Begrip randapparatuur in het kader van het project privé-pc

4 december 2017

Artikel 38, § 1, 1e lid, 17°, WIB 92 voorziet een vrijstelling ten belope van maximaal € 550 (€ 860 aanslagjaar 2018)  per belastbaar tijdperk voor de tussenkomsten van de werkgever in de aankoopprijs die door de werknemer wordt betaald voor de aankoop van een pc (in nieuwe staat), al dan niet met randapparatuur, internetaansluiting en internetabonnement. Voor de toepassing van deze vrijstelling mogen de bruto belastbare bezoldigingen van de betrokken werknemer € 21.600 (€ 33.820 aanslagjaar 2018) niet overschrijden en mag de werkgever op geen enkel ogenblik zelf eigenaar van de aangekochte elementen zijn. Dit wordt het project ‘privé-pc’ genoemd.

De administratie ontvangt geregeld vragen over het begrip randapparatuur in het project ‘privé-pc’. In een circulaire van 2011 werd randapparatuur immers omschreven als de apparatuur die het gebruik van een pc nodig heeft om optimaal te kunnen functioneren. Een niet-limitatieve lijst somde de apparaten op die als randapparatuur werden beschouwd. Gelet op de technologische vooruitgang kunnen inmiddels heel wat apparaten met een pc worden verbonden om optimaal te kunnen functioneren, zodat er steeds meer vragen hierover komen.

Het doel van de wetgever was om door middel van het project ‘privé-pc’ het privaat pc-bezit te verhogen en dit meer bepaald bij een categorie van werknemers met een laag inkomen voor wie de aanschaf van een pc financieel moeilijk haalbaar is.

Aangezien het niet de bedoeling was van de wetgever om allerlei technologische toestellen als randapparatuur te beschouwen, was de noodzaak er om de notie randapparatuur in het kader van het project ‘privé-pc’ te herbekijken.

In een recente circulaire heeft de administratie de notie randapparatuur verduidelijkt. De administratie besliste immers om randapparatuur limitatief te beperken, namelijk:

  • een computerbeeldscherm;
  • een toetsenbord;
  • een muis, voetmuis, trackpad of trackball;
  • een printer;
  • een scanner;
  • niet autonoom functionerende luidsprekers;
  • een webcam;
  • extern geheugen, inclusief apparatuur voor het lezen van of schrijven naar optische media;
  • een hoofdtelefoon;
  • specifieke apparatuur die personen met een handicap nodig hebben om vlot te kunnen werken met de pc (b.v.: brailleleesregel, software voor vergroting, tekstherkenning of spraaksynthese, ….).

Er wordt ook in herinnering gebracht dat de werknemer minstens een pc in nieuwe staat moet aankopen. Deze aankoop kan worden aangevuld met de aankoop van randapparatuur, internetaansluiting en een internetabonnement. De vrijstelling van tussenkomst in de aankoop van randapparatuur kan dus enkel gebeuren in het kader van de aankoop van een nieuwe pc.

Deze nieuwe instructies zijn van toepassing op de tussenkomsten van de werkgever betaald of toegekend vanaf 1 januari 2018.

 

Bron: Circulaire 2017/C/75 betreffende de notie randapparatuur in het kader van het project privé-pc van 22 november 2017, FOD Financiën – Algemene Administratie van de Fiscaliteit – Personenbelasting.